Verdere niet-lyrische trekjes: cf. Ratio et Hédoné
maandag, maart 26, 2007
donderdag, juli 06, 2006
Een Gedicht
In mijn ogen:
vuurwerk van vlokkend schuim
kristallen van kaneel in het middaglicht
als vertaling met al mijn zinnen
van het taalloos gefluister van mijn hart
dat als onzeker drupje ontsprong
uit haar ruisende woorden
parelend als een eenzame nevel
langs de bergen,
op zoek naar het deinend helderblauw
Een innerlijk kolken spiegelt de schoonste dromen
maar het licht der schelpen, haar ogen der zee,
ruist geen liefelijk suizen, maar grote hoogten:
zal mijn verlangen dan zilt verdampen?
vuurwerk van vlokkend schuim
kristallen van kaneel in het middaglicht
als vertaling met al mijn zinnen
van het taalloos gefluister van mijn hart
dat als onzeker drupje ontsprong
uit haar ruisende woorden
parelend als een eenzame nevel
langs de bergen,
op zoek naar het deinend helderblauw
Een innerlijk kolken spiegelt de schoonste dromen
maar het licht der schelpen, haar ogen der zee,
ruist geen liefelijk suizen, maar grote hoogten:
zal mijn verlangen dan zilt verdampen?
dinsdag, maart 14, 2006
Zoet
Een meisje zingt ergens, ergens
ver weg,
zo ver,
dat ik nooit meer zou voelen,
de dingen van toen,
de golvende herinneringen
en ijlende klippen
onder andere wolken
vertedert nu
eenzelfde lied;
van Oneindige Oceanen?
Ik ben van lucht,
maar voel het licht:
flakkerende spiegels bespelen mijn dromen
op het deinende water van de nacht
ver weg,
zo ver,
dat ik nooit meer zou voelen,
de dingen van toen,
de golvende herinneringen
en ijlende klippen
onder andere wolken
vertedert nu
eenzelfde lied;
van Oneindige Oceanen?
Ik ben van lucht,
maar voel het licht:
flakkerende spiegels bespelen mijn dromen
op het deinende water van de nacht
vrijdag, februari 24, 2006
Paleografie: tekstverklaring
Een vlinderige lentenevel laaft onze ogen, gedrenkt in
vluchtige druppels van honing; als een bron, borrelend
op uit de diepten, tintelt onze borst,
versmeltend in een wassend meer,
zo liefelijk, een omhelzing,
zo liederlijk, onbeschaduwd,
Tot de aarde ons lijkt te beven
Blinde golven rollen langs de rotsen, tot de verzengende zon,
wij zien geen woorden, horen geen brand,
doch dansend fluistert de wind de waarheid,
strijkend door onwillige haren
En verdroogd en tijdig gloeiend
onttrekken zich smeulende vlammen
in de handen van het wijkende water:
nu rest ons slechts nog
de prikkende pijn van 't vagevuur
vluchtige druppels van honing; als een bron, borrelend
op uit de diepten, tintelt onze borst,
versmeltend in een wassend meer,
zo liefelijk, een omhelzing,
zo liederlijk, onbeschaduwd,
Tot de aarde ons lijkt te beven
Blinde golven rollen langs de rotsen, tot de verzengende zon,
wij zien geen woorden, horen geen brand,
doch dansend fluistert de wind de waarheid,
strijkend door onwillige haren
En verdroogd en tijdig gloeiend
onttrekken zich smeulende vlammen
in de handen van het wijkende water:
nu rest ons slechts nog
de prikkende pijn van 't vagevuur
vrijdag, februari 17, 2006
Epistemologie
Ik wentelde je om en om
In de schelp en maakte een parel
Met je ogen, je stem
Ik neem je overal mee
In mijn hand rol je steeds
En al stijgt aan de rode oevers het blauwe water
En geeft de tijd grijze tinten mee
Aan wie onmachtig de pijnen ziet
Ik neem je overal mee
In mijn geest baadt licht
In de schelp en maakte een parel
Met je ogen, je stem
Ik neem je overal mee
In mijn hand rol je steeds
En al stijgt aan de rode oevers het blauwe water
En geeft de tijd grijze tinten mee
Aan wie onmachtig de pijnen ziet
Ik neem je overal mee
In mijn geest baadt licht
vrijdag, januari 27, 2006
Wolken: Stratocumulus
ik liep op een pad
langs varens
een stenen muur van weleer
met een poortje
met een trap
en vijf lachende kiezels
of vier
dit droom ik steeds als ik niet slapen kan
ik liep op een pad
langs varens
een muur van steen van weleer
met een poortje
en licht dat straalt
door de kieren
en wolken
ja
hoge wolken
telkens ik niet slapen kan
langs varens
een stenen muur van weleer
met een poortje
met een trap
en vijf lachende kiezels
of vier
dit droom ik steeds als ik niet slapen kan
ik liep op een pad
langs varens
een muur van steen van weleer
met een poortje
en licht dat straalt
door de kieren
en wolken
ja
hoge wolken
telkens ik niet slapen kan