maandag, maart 07, 2005

Vloed

Vloed

Eeuwenlang al rolt het water aan en aan
tussen de schimmen uit het verleden,
vage gezichten, ooit heersers over andermans bestaan,
storten de lichaamswarme golven zich op het strand

Zwaardgekletter, napalm, verdroogd bloed en lange messen
V2, musketten, asgrauwe ruïnes tegen helrode lucht
moskeeën omkranst met hellebaarden, geweren, lijken
verkommerde rozen verstorven onder moessons
van tranen, een tijdloze oceaan van dood en kwelling
werpt zich op het strand.

Eeuwenlang al rolt het water aan en aan
de zee, een zwart mengsel van illusies en waarheden,
van onbeholpen beelden van gif en leed en venijn
de zee, die oude zee van tranen en loeiend krijsen
beroert steeds het haveloze zand van nu
en stijgt met de tijd, zij groeit elk ogenblik aan, zij,
een woeste watermassa die maar blijft razen, ongeremd.

En ik,
een golfbreker
niet verder reikend dan het droge zand,
breek slechts mijn eigen tranen
en schrijf woorden in de bodem
die ook door de golven zullen worden verslonden,
in stilte verdronken onder orkanen van motoren.